skip to Main Content

Een passage uit Getuigen in het duister

De nieuwe roman van Anneke van Dok

Vier mannen, eveneens warm ingepakt, kwamen naar binnen, knielden naast hem neer en tilden hem op. Tinus verbeet de pijn die hun schokkerige bewegingen veroorzaakten en vloekte zacht toen de brancard tegen een deurpost stootte. Toen het eindelijk gelukt was de voordeur open te houden en hem zonder uit te glijden het terras af te dragen, zoog Tinus de koude lucht gretig naar binnen, alsof hij daarmee de hitte in zijn lijf kon temperen. Hij zag dat Riet naast hem liep. Hij wist dat ze vliegangst had en dat de reis naar Finland voor haar een beproeving was geweest. Het ontroerde hem dat ze de moed had om in een helikopter te stappen, maar het verontrustte hem evenzeer. Was het zo ernstig met hem gesteld? Even later werd hij verrast door fel licht, dat de sneeuw zachtroze kleurde, hij hoorde harde stemmen en het geratel van ijzeren kettingen. Toen hij zijn hoofd even ophief, zag hij een sleeplift die langzaam tot stilstand kwam. De brancard werd eerst voorzichtig neergelegd en vervolgens aan het hoofdeinde weer omhooggetrokken om aan een sleephaak te worden bevestigd. Aimo beloofde dat hij steeds bij hem in de buurt zou blijven tot ze het bergplateau hadden bereikt. Daarna sprak hij hem moed in, maar Tinus verstond niet goed wat hij zei, omdat zijn woorden samen met de losse sneeuw verwaaiden. De lift kwam weer in beweging en de brancard schoot met een ruk omhoog. Vanuit zijn positie zag Tinus dat Riet op korte ski’s stond, een paar keer misgreep naar de sleephaak en uiteindelijk tussen de knieën van Hannu omhoog werd getrokken. Hij voelde hoe het voeteneinde van zijn brancard een spoor door de sneeuw trok, waarin de ski’s van Riet hun baan vonden en hij berustte in haar aanwezigheid, precies zoals hij had gedaan toen de hernia hem had geveld en hij aan haar zorg overgeleverd was geweest. Opeens werd er hard geschreeuwd en de lift kwam met een schok tot stilstand. Hij zag dat Hannu Riet moed insprak, terwijl ze zich krampachtig vastklemde en tussen de knieën van Hannu balanceerde. Hij hoorde zacht gefluister van mannen, die de brancard probeerden los te haken. Al die tijd bleef hij maar naar Riet kijken. Hij wist dat ze nog nooit op ski’s had gestaan, omdat ze bang was om te vallen. Hij besefte opeens dat hun beider onmacht van dit moment symbolisch was voor de laatste tien jaar van hun huwelijk, evenals de afstand tussen hen beiden die niet kon worden overbrugd. Omdat hij niet in staat was een stap in haar richting te doen en zij had het opgegeven hem daartoe te bewegen. Hoe eenvoudig was het om nu zijn mond open te doen en naar haar te roepen dat ze een moordwijf was, maar de woorden bleven steken in zijn keel. Hoe graag had hij nu even naar haar gezwaaid. De haak schoot plotseling los, maar vlugge handen konden voorkomen dat de brancard de helling af gleed. Terwijl hij werd opgetild en weggedragen, hoorde hij hoe de skilift weer in beweging kwam, maar hij kon niet zien of Riet veilig en wel was uitgestapt. Toen hij in de helikopter lag, vastgesnoerd in een kunststof harnas, verscheen haar bleke gezicht in de deuropening. Ze glimlachte even naar hem en nam daarna plaats op de stoel die haar werd aangewezen. Haar veiligheidsriem klikte vast en meteen begonnen de rotoren van het toestel te draaien, eerst langzaam maar steeds sneller tot Tinus de stuwende kracht van de wentelingen door zijn hele lijf voelde. Het gierende geluid verdoofde hem. Toen de helikopter opsteeg, leek het of een zware last op zijn lichaam drukte.

Back To Top